Deel 98

Nijmegen 2

Woensdag 14 april 2021

Mijn bezoeken aan Nijmegen heb ik vooral gecombineerd met poëzieoptredens, meestal door anderen, maar ook zelf heb ik voorgedragen in een huiskamersetting en in het Poëziecentrum Nederland. Dit centrum is gevestigd in een ruimte van de bibliotheek aan het Mariënburg. Niet alleen zijn hier talloze bundels van dichters te vinden, maar de Stichting Poëziecentrum organiseert tevens diverse activiteiten zoals Lunchpauze Poëzie, en Poëziewandeling, Ontmoet de Dichter, Open Podium en nog veel meer.

Net als bij het eerste deel begint deze serie bij het treinstation van Nijmegen, om preciezer te zijn op het Stationsplein. Daar staat een kunstwerk zonder titel.


Het is een drieluik van Tony Cragg, een Engelse beeldhouwer die in 1949 is geboren in Liverpool en in het Duitse Wuppertal werkt. Na een biochemische opleiding switchte Cragg naar de kunst en startte zijn opleiding in Gloucestershire, ging naar de Wimbledon School of Art en studeerde af aan het Royal College of Art in Londen.


Tijdens zijn studie verschoof zijn interesse van schilderen naar beeldhouwen. Richard Long en Bill Woodrow waren belangrijk voor zijn ontwikkeling. Hij haalde veel materiaal uit de natuur en werkte daarmee. In 1976 werd Cragg docent aan de kunstacademie in Metz en een jaar later verhuisde hij naar Duitsland en ging lesgeven in Düsseldorf en is sinds 2009 directeur, tussendoor heeft hij nog een tijdje gewerkt als hoogleraar in Berlijn (2001-2006).


In 2008 kocht hij de villa Waldfrieden, startte daar zijn eigen Skulpturepark Waldfrieden. Het bronswerk dat in Nijmegen te zien is, stamt uit 1999 en heeft veel weg van Auf der Lichtung, dat hij twee jaar eerder maakte en eveneens uit drie objecten bestaat en een gewervelde zuil kent.


De Van Schaeck Mathonsingel heette vroeger Stationsweg en hier stond een keramische fontein die in 1915 door het Straalmanfonds aan de stad was geschonken. De fontein, gemaakt door Willem C Brouwer, werd in 2002 weggehaald want was onherstelbaar beschadigd. Ook stonden hier enkele vazen, die wel konden worden hersteld. De Singel werd volledig vernieuwd en kreeg een ondergrondse tweelaagse parkeergarage (Keizer Karel), op die garage kwam ook weer een fontein terug als onderdeel van een volledige waterpartij die over een groot deel van de lengte van de singel loopt. Het ontwerp van de nieuwe singel is geïnspireerd op de vroegere situatie.


De Van Schaeck Mathonsingel komt uit op het Keizer Karelplein. In de punt van de singel en de Nassausingel staat voor de Stadsschouwburg Dame met stola van de beeldhouwer Pieter d’Hont. Over hem heb ik al eerder geschreven. In Nijmegen zijn diverse werken van zijn hand te zien, gerealiseerd in de periode tussen 1946 en 1967. Dit bronzen beeld is uit 1966. Negen jaar eerder waren er door hem al zes kleinere exemplaren vervaardigd. Ook in Bilthoven en Koog aan de Zaan staat een exemplaar van dit beeld. Silvie Kögl, de tweede echtgenote van d’Hont heeft model gestaan voor dit kunstwerk. De stola om haar schouders is een opvallend detail van dit werk, dat mij doet denken aan een alleenstaande vrouw die een avondje uit is geweest in de schouwburg en in haar rechterhand krampachtig haar beursje vasthoudt.


Tussen de linker en rechter rijbaan van de Nassausingel ligt een klein plantsoen. Hierin staat een serie van vier beelden, die enige tijd in het Hunnerpark heeft gestaan. Daar kwamen de vier beelden terecht toen een deel van het plantsoen werd ingericht als parkeerplek. Na de herinrichting van de singel en het herstel van het plantsoen zijn de gietijzeren beelden weer terug.


Deze groep Vier Jaargetijden is in 1889 gemaakt door de Franse beeldhouwer Mathurin Moreau (1822-1912). Moreau werd opgeleid door zijn vader de beeldhouwer Jean Baptiste Moreau, door Claude Ramey en door de Belgische architect Albert Dumont. Hij startte zijn studie in 1841 aan de École des beaux Arts in Parijs, een jaar later won hij al de Grote Prijs van Rome.


De beeldengroep is een gift van de Vereeniging tot Verfraaiing van Nijmegen, opgericht in 1879 en het Baron Paulus Straalmanfonds, opgericht in 1826. De beelden zijn van gietijzer en gegoten in Parijs bij de Societé des Fonderies du Val d’Osne. Ze staan op een sokkel van steen uit Namen en die sokkels zijn gemaakt door Matthijs van Roggen (1863-1909).


Vanaf het Keizer Karelplein staan achtereenvolgens vier godinnen die symbool staan voor lente, zomer, herfst en winter. Ze hebben alle vier een min of meer lichaamshouding, dragen dezelfde klassieke gewaden en ook het haar is op bijna gelijke wijze opgestoken.


De vier godinnen hebben allemaal een verwijzing naar het jaargetijde in hun hand. Zo is Flora (voorjaar) uitgerust met een uitbottende tak, heeft Ceres (zomer) een korenaar, draagt Pomona (herfst) een druiventros en heeft Vesta (winter) een vuurpot in haar hand.


De Nassausingel komt uit op het Quackplein. Dit plein is vernoemd naar Adolph Quack, die tussen 1902 en 1919 wethouder was in Nijmegen. Op dit plein staat het Quack-monument dat in 1926 is opgericht uit de erfenis van de voormalig wethouder. Die had bij zijn dood zijn nalatenschap aan de gemeente geschonken op voorwaarde dat er voor hem en zijn tweelingzus Marie een fontein zou worden opgericht. De architect Willem Bijlard ontwierp een obelisk van rood graniet met vier fonteinen en vier klokken en vier lantaarns. De ornamenten in de top zijn van de steenhouwer Litjes. Het werd in 1958 afgebroken omdat het monument moest wijken voor verkeer. De glazen gedeeltes en de klokken waren vernield, onder andere door het bombardement van Nijmegen. De onderdelen zijn jarenlang bewaard. In 1976 was er sprake van een monument in de nieuwe stadswijk Dukenberg, maar dat ging niet door. Uiteindelijk werd het monument in 2000 alsnog herbouwd op de plek waar het vroeger stond. Dit was toen nog de Nassausingel. In 2008 kreeg het plein zijn huidige naam. De bevolking noemt het monument de ‘lul’. Op Wereldaidsdag in 2004 werd over het monument een grote condoom getrokken.

Bijlard was opgeleid door de beroemde architect Eduard Cuypers, die zich in 1910 in Nijmegen vestigde. Hij werd adjunct-directeur van gemeentewerken van de gemeente en stadsarchitect.


 

 

De fallus herrijst

 

De tweeling geraakt

compleet afgebroken

broer en zus heeft het

aan geluk ontbroken

maar nu weer opgebouwd

 

Geen dubbel exemplaar

waar water stroomt

zet klokken maar gelijk

het kwakje afgeroomd

de stad heeft lang genoeg

gerouwd

 

Opa IJsbeer

 

Verantwoording

1.       Inleiding – poeziecentrumnederland.nl

2.       Stationsplein – wikipedia

3.       Van Schaeck Mathonsingel – bam.com

4.       Nassausingel – vanberkelbeelden,wordpress.com – wikipedia

5.       Nasssausingel – gemeente Nijmegen – wikipedia

6.       Quackplein – huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl – thehistorybehind.it

Reacties

Populaire posts van deze blog

Beeldbepalend 249

Beeldbepalend 239

Beeldbepalend 214