Deel 74
Amsterdam Centrum
Woensdag 28 oktober 2020
Het historische hart van Amsterdam is ongetwijfeld De
Dam. Hier vindt jaarlijks de Nationale Dodenherdenking plaats en staan onder
andere het Koninklijk Paleis, de Nieuwe Kerk en het Nationale Monument. Maar ook
is hier alweer jaren een vestiging van het wassenbeeldenmuseum Madame Tussaud
te vinden. Oorspronkelijk was hier een dam in de Amstel gebouwd, vermoedelijk
ergens tussen 1265 en 1275. Die dam vormde de verbinding tussen woningen aan de
Warmoesstraat en de Nieuwendijk. In die dam was een sluis aangelegd, waarmee
schepen konden worden geschut en waarmee ook water kon worden gespuid. Door dit
zo nu en dan met grote kracht te doen werd de haven (het Damrak) uitgeschuurd.
Omdat de Vereniging voor de Effectenhandel ontevreden was over de effectenvloer in de Beurs van Berlage zochten zij een eigen andere locatie. Die vonden zij in het Bible Hotel. Dat werd in 1911 gesloopt en daarvoor in de plaats kwam een gebouw dat is ontworpen door Jos Cuypers (1861-1949). In de timpaan werd in 1924 een beeldengroep toegevoegd gemaakt door de beeldhouwer C.A. Stout. Centraal onderin is een wapenschild opgevoerd met een koggeschip, het vroegere wapen van Amsterdam.
De sierbalustrade van de tweede verdieping steunt op een viertal gebeeldhouwde olifantenkoppen. Ook de posten van de balustrade zijn versierd met beelden, waarvan ik de oorsprong niet heb kunnen achterhalen.
Tijdens een uitbreiding van het gebouw van de effectenbeurs is in 1927 een gevelbeeld van Mercurius geplaatst op de hoek van het Beursplein en de Papenbrugsteeg. Deze Romeinse god was de beschermer van de handel en de winst. Hij dankt zijn komst aan de handel van de Romeinen met de Grieken, die al een god van de handel, Hermes, kenden. Aanvankelijk was Mercurius alleen aan verbonden aan de graanhandel, daar werden steeds meer producten aan toegevoegd.
Het Nationaal Monument op de Dam is een ontwerp van de architect Ko Oud, geboren in 1890 in Purmerend en overleden in 1963 in Wassenaar. Al meteen na het einde van de Tweede Wereldoorlog is er gesproken over de komst van een nationaal monument. De Nederlandse regering ging akkoord en Amsterdam bood het Damplantsoen aan.
In 1946 werd er geld ingezameld voor een monument dat mede door Heineken zou worden gefinancierd. Hier was een tentoonstelling in het Stedelijk Museum aan verbonden. Locatie zou het Tweede Weteringplantsoen tegenover het kantoor van Freddy Heineken worden. Burgemeester d’Ailly besloot dat dit naar de Dam moest en besloten werd tevens dat John Rädecker dit zou moeten uitvoeren en dat het ontwerp van Oud moest komen. In afwachting van het monument verscheen een colonnade met elf urnen met aarde van fusilladeplaatsen uit de toen nog elf provincies. Dit was een ontwerp van Albert van de Steur en Auke Komter. In 1950 werd een nis toegevoegd met een urn met aarde van 22 erevelden uit Indonesië.
Tijdens de realisatie van het monument werd Rädecker ziek. Zijn ontwerpen werden aangevuld door zijn zoon Jan Willem, die onder andere de leeuwen – staan een stukje van de zuil en de herdenkingsmuur af - heeft gemaakt.
De colonnade is inmiddels vervangen door een herdenkingsmuur waarin de urnen zijn bijgezet. Langs de bovenrand zijn dichtregels van Adriaan Roland Holst uitgehakt, de belettering is een ontwerp van de typograaf Jan van Krimpen.Nimmer, van erts tot arend, was enig schepsel vrij
onder de zon, noch de zon
zelve, noch de gesternten. Maar geest brak wet en
stelde op de geslagen bres
de mens- Uit die eersteling daalden de ontelbaren.
Duchtend zijn hoge blik
deinsden hun zwermen binnen de wet terug en werden
volken en stonden
elkander naar het leven, onder nachtwolken verward
treurspel, dat
wereld heet. Sindsdien werd geen mens vrij dan
ontboden van boven zijn dak,
geen volk dan beheerst van boven zijn torens. Blijve
ons dat bij, verlost als
enkel beheerst van boven de wereld blijft vrijheid ons deel. MCMXL – MCMXLV.I
Aan de achterzijde van de muur staan de wapens van de elf provincies en die van Nederlands-Indië inclusief de jaartallen 1940-1945 met daarboven de tekst: Aarde, door het offer gewijd, samengebracht uit gans het land, teken tot in verren tijd van heugenis en vasten band.
John Rädecker (1885-1956) overleed enkele maanden voordat het monument op 4 mei 1956 officieel werd onthuld. Ook een andere zoon van Rädecker, Han, heeft meegewerkt aan de totstandkoming van het monument.
De gebruikte reliëfs zijn overigens van de hand van Paul Grégoire. De vier gebonden mannen staan voor de ellende van de oorlog. Aan weerszijden mannen met een huilende honden aan de voeten, zij vormen het verzet (intellectuelen en arbeiders) en de honden staan voor smart en trouw. De vrouw boven de vier mannen heeft een kind op de arm en wordt omringd door duiven. Zij is het symbool voor overwinning (krans), vrede en nieuw leven. Aan de achterzijde vliegen de duiven omhoog, een verwijzing naar de bevrijding.
Ik sluit deze aflevering af met wat werk van Hildo Krop te zien aan het pand Rokin 115. Dit kantoor is ontworpen door architect Baanders voor de Algemeene Friesche Levensverzekerings Maatschappij.
De vier staande figuren staan van links naar rechts (vrouw met fruit, man met sikkel, vrouw met kind en man leunend op stok) voor Welvaart, arbeid, zorg en rust. Ze zijn 190 cm hoog en gemaakt van Ettringer tufsteen.
Onder de figuren zijn twee wapens te zien. De drie kruisen van Amsterdam en het wapen van Nederland. Deze wapens zijn een meter hoog en eveneens van tufsteen gemaakt. Deze werken komen uit 1929 en zijn mede door het gebruikte materiaal en de weersomstandigheden flink afgesleten.
En op de trappen
roken wij
drinken wij
demonstreren wij
denken wij aan
hen
die zijn gevallen
voor de vrijheid
onze vrijheid
zodat wij
op de trappen
roken
drinken
demonstreren
Opa IJsbeer
Verantwoording
1. Inleiding – wikipedia
2. Beursplein – beursgeschiedenis.nl – rijksmonumenten.nl
3. Beursplein – monumentenregister.cultuurerfgoed.nl
4. Papenbrugsteeg - wikipedia
5. Dam – wikipedia – historiek.net
6. Rokin – timswings.nl
Reacties
Een reactie posten